Op 8 oktober jl. hebt u schriftelijke vragen ex art. 41 van het Reglement van Orde van de Oosterhoutse gemeenteraad gesteld over de voortgang bij het buurthuizenbeleid. Wij beantwoorden uw vragen als volgt.

1. Op welke manier heeft er overleg plaatsgevonden tussen de buurt  en dorpshuizen en het College over het plan van aanpak betreffende de korte en langere termijn?

Los van incidentele bestuurlijke contacten is er geen bestuurlijk overleg gevoerd met de buurt en dorpshuizen. Dit is niet nodig gebleken. Er heeft op verschillende momenten op ambtelijk niveau overleg plaatsgevonden. Daarnaast zijn alle besturen en beheerders van de buurthuis  en dorpshuisbesturen in Oosterhout betrokken geweest bij het onderzoek naar de benodigde ondersteuning van buurt  en dorpshuizen bij beheer en schoonmaak. Op korte termijn zal dit resulteren in een ambtelijk voorstel richting het college.

2. Is het externe onderzoek waarnaar de wethouder op 22 mei 2007 verwezen heeft hetzelfde onderzoek als het in oktober 2005 aangekondigde onderzoek naar de knelpunten bij individuele buurthuizen voor de korte en langere termijn? Zo nee, wanneer zal dit knelpuntenonderzoek dan klaar zijn?

Ja, de wethouder verwees op 22 mei 2007 naar het onderzoek naar de knelpunten voor de korte en langere termijn zoals dat aangekondigd is in oktober 2005. Het resultaat van dit onderzoek heeft betrekking op de benodigde ondersteuning van buurt  en dorpshuizen bij beheer en schoonmaak en is vastgelegd in een rapport dat de basis biedt voor eerdergenoemd ambtelijk voorstel aan het college.

3. Is er inmiddels door het college al een besluit genomen over het externe onderzoek naar de mogelijke manieren van professionalisering van de buurthuizen?

Neen, ons college zal naar verwachting in december een besluit nemen over eerdergenoemd ambtelijk voorstel.

4. Wanneer zal begonnen worden met concrete maatregelen om de knelpunten bij de individuele buurthuizen op te lossen?

Op korte termijn besluit het college, zoals hiervoor aangegeven, over het al dan niet centraal regelen van beheer en schoonmaak van alle de buurt  en dorpshuizen. Dit zou moeten leiden tot daadwerkelijke ondersteuning in 2008 en volgende jaren. De raad zal middels een brief hierover geinformeerd worden.

5. Waarom dient volgens wethouder Boers de gemeenteraad de twee jaar geleden gevoerde discussie over de functie van de buurthuizen over te doen?

De discussie over de functie van de buurthuizen wordt niet opnieuw gedaan. Wel dient, als gevolg van de invoering van de WMO, sociale ontmoeting in een breder kader geplaatst te worden dan in eerdergenoernd plan van aanpak het geval was. Betrokken portefeuillehouder heeft in de richting van de pers niets anders aangegeven.