Op 16 maart jl. hebt u schriftelijke vragen ex art. 39 van het Reglement van Orde van de Oosterhoutse gemeenteraad gesteld over de werkwijze van de sociale wijkteams. Wij beantwoorden uw vragen als volgt.
Vraag 1. Wat is de specifieke opdracht die het college de sociale wijkteams (SWT) heeft meegegeven?
Antwoord 1. De opdracht aan het SWT is als volgt vastgelegd in een overeenkomst:
"1a. De uitvoering van sociale wijkteams in de gemeente Oosterhout, waarin in ieder geval de volgende activiteiten worden verstaan:
vraagverheldering en - indien nodig - toeleiding naar (jeugd)hulp dan wel voorziening(en) voor inwoners die zich wenden tot een sociaal wijkteam;
toegang voor jeugdigen tot 'individuele voorzieningen' op grond van de Jeugdwet, deverordening en het uitvoeringsbesluit;
toegang voor inwoners tot de 'zachte maatwerkvoorzieningen' op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, de verordening en het uitvoeringsbesluit (de maatwerkvoorziening Begeleiding);
ondersteuning van cliënt bij de regie op het dagelijks leven.
1 b. Het faciliteren van (datgene wat nodig is beschikbaar maken) een netwerkorganisatie met wijkteams en andere professionele instellingen uit het sociaal domein met als doel een bijdrage te leveren aan de beoogde transformatiedoelen.
2. Bij uitvoering van de activiteiten in lid 1, onder a., eerste gedachtestreepje, handelt de opdrachtnemer vanuit een integrale, domeinoverstijgende benadering gericht op behoud of herstel van zelfredzaamheid van de cliënt.
3. Het verlenen van jeugdhulp als bedoeld in artikel 1.1. van de Jeugdwet en het aanbieden van een maatwerkvoorziening als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, behoren uitdrukkelijk niet tot de onder a. genoemde activiteiten."
Vraag 2. Is er met de SWT een te behalen target afgesproken. Zo ja, welk?
Antwoord 2. Neen, er is geen target afgesproken. Er is en wordt gestuurd op het realiseren van de opdracht en de daaraan gekoppelde activiteiten. Ook op de manier werken - vanuit de visie op sociale netwerkversterking - wordt gestuurd.
Vraag 3. Is er een bezuinigingstaakstelling afgesproken waaraan de SWT moet voldoen? Zo ja, welke en binnen welke termijn moet deze taakstelling gerealiseerd worden?
Antwoord 3. Neen, er is geen bezuinigingstaakstelling afgesproken.
Vraag 4. Waarom is er gekozen voor een 0900-telefoonnummer voor de drie sociale wijkteams?
Antwoord 4. De SWT's hebben dit telefoonnummer overgenomen van het "oude" Centrum voor Jeugd en Gezin. Hiervoor is gekozen omdat het nummer bij een deel van de doelgroep al bekend was. Ook in veel regiogemeenten is hiervoor, om redenen van klantvriendelijkheid, gekozen.
Vraag 5. Hoeveel aanmeldingen hebben de drie sociale wijkteams in 2015 gekregen? Hoeveel hiervan waren voor de Wmo bestemd? Hoeveel hiervan waren bestemd voor de jeugdhulp?
Antwoord 5. De wijkteams hebben in 2015 in totaal 1.306 casus gestart: 849 voor Wmo en 457 voor jeugdhulp. Met een casus wordt bedoeld een vraag van een burger die niet telefonisch afgehandeld wordt en waarvoor (minimaal één keer) persoonlijk contact is geweest in het kader van vraagverheldering.
Vraag 6. Hoeveel beschikkingen hebben de SWT's afgegeven, uitgesplitst in Wmo en jeugdhulp?
Antwoord 6. Het aantal afgegeven beschikkingen in 2015 is 718: 357 voor Wmo en 361 voor jeugdhulp. Het aantal personen dat in 2015 via het SWT een beschikking ontving, is 499: 288 voor Wmo en 211 voor jeugd.
Het verschil tussen het aantal beschikkingen en het aantal personen laat zich verklaren door het feit dat sommige personen meer dan één beschikking hebben ontvangen. Dit doet zich voor als er meerdere zorgvormen naast elkaar nodig blijken of wanneer een beschikking afloopt en een vervolgbeschikking gegeven moet worden.
Vraag 7. Hoeveel mensen, wederom uitgesplitst in Wmo en jeugd, ontvingen professionele hulp?
Antwoord 7. In 2015 ontvingen in Oosterhout zo'n 1.200 mensen begeleiding of hulp: circa 300 bij Wmo (begeleiding) en 900 bij de jeugdzorg.
Vraag 8. Hoeveel mensen, uitgesplitst in Wmo en jeugd, staan op een wachtlijst in afwachting van professionele hulp?
Antwoord 8. Ons is geen wachtlijst in afwachting van professionele hulp bekend. Het grote aanbod en de grote diversiteit aan zorgaanbieders leidt ertoe dat zorgvragers in principe niet op een wachtlijst voor begeleiding en/of hulp hoeven te komen. Er is binnen de Wmo op dit moment nog wel een wachtlijst voor dagbesteding, en dan voornamelijk bij de groep van beginnend dementerenden. Hier wachten ongeveer tien mensen op een plaatsing. Wij voeren momenteel gesprekken met verschillende zorgaanbieders om te komen tot het opzetten van nieuwe voorzieningen voor dagbesteding. Ook onderzoeken wij de mogelijkheden om hiervoor collectieve voorzieningen in te zetten.
Vraag 9. Hoeveel mensen, wederom uitgesplitst, ontvingen professionele zorg in 2013 en 2014. Hoe verklaart het college eventuele verschillen tussen 2013, 2014 en 2015?
Antwoord 9. Het precieze aantal mensen dat vóór 2015 zorg ontving, is ons niet bekend. De bestanden die wij hierover eind 2014 en begin 2015 van het rijk hebben ontvangen en die daarin inzicht zouden moeten bieden, zijn in een later stadium niet voldoende betrouwbaar gebleken. Verschillen in aantal zorggebruikers tussen opeenvolgende jaren, kunnen in algemene zin worden verklaard door een aantal factoren: het niet langer bestaan van een hulpvraag, verhuizing, overlijden, overgang naar de Wlz (Wet langdurige zorg) en meerderjarig worden (niet meer onder de Jeugdwet vallen en niet automatisch overgaan naar de Wmo).
Vraag 10. Hoeveel doorverwijzingen waren er naar de naschoolse dagbehandeling in Oosterhout in de jaren 2013 en 2014?
Antwoord 10. Hiervoor geldt hetzelfde als bij het antwoord op vraag 9. Dat aantal is ons niet bekend; cijfers die hierover door het rijk zijn aangeleverd, zijn onbetrouwbaar gebleken.
Vraag 11. Hoe verklaart het college dat er in 2015, na de invoering van de Jeugdwet, geen enkele doorverwijzing meer heeñ plaatsgevonden naar de naschoolse dagbehandeling, terwijl er in ons omringende gemeenten wel hier naartoe is doorverwezen?
Antwoord 11. Wij herkennen ons niet in het beeld dat in 2015 geen enkele aanmelding heeft plaatsgevonden. Datzelfde geldt voor Juzt, de aanbieder van naschoolse opvang in Oosterhout. Vanuit verschillende gemeenten zijn er in 2015 kinderen aangemeld voor deze vorm van ondersteuning. Er is de laatste jaren wel sprake van een afname. Deze afname is niet financieel gestuurd, maar vindt haar oorsprong in de transformatiegedachte. De ondersteuning van deze kinderen wordt nu veel meer vanuit de thuissituatie en school opgepakt. Waar voorheen kinderen uit hun leefomgeving werden gehaald en werden behandeld in de naschoolse dagbehandeling, is er nu sprake van een integrale behandeling (kind, thuis en school).
Vraag 12. GroenLinks ontvangt signalen dat er niet of onjuiste informatie vanuit de SWT wordt gegeven. Op welke manier worden de medewerkers van de SWT ondersteund zodat zij wel de juiste informatie kunnen geven aan cliënten?
Antwoord 12. Medewerkers van de SWT's hebben allemaal hun eigen expertise en specialisatie. Dit maakt dat niet iedere medewerkers alles weet. De teams zijn echter zo samengesteld, dat binnen het team die expertise en specialisatie wèl aanwezig is. In bijzondere gevallen is voor toetsing en intercollegiaal overleg nog het regionaal werkende Jeugd Advies Team (JAT) beschikbaar. Als medewerkers van de SWT's niet per direct kunnen beschikken over de juiste informatie, zullen ze dit communiceren met de zorgvrager en vervolgens zo spoedig mogelijk de juiste informatie
verschaffen. Mochten zorgvragers zich desondanks onvoldoende geholpen voelen of het idee hebben dat ze onjuiste of onvolledige informatie hebben gekregen, dan vertrouwen wij erop dat ze deze signalen delen met de betreffende SWT-medewerker of met de manager van het wijkteam. De gemeente beantwoordt vragen op het gebied van wet- en regelgeving. In 2015 hebben wij hierover bovendien verschillende keren de medewerkers van de SWT's over wet- en regelgeving geïnstrueerd.