Op 6 februari jl. hebt u schriftelijke vragen ex art. 41 van het Reglement van Orde van de Oosterhoutse gemeenteraad gesteld over de Oosterhoutse deelname aan het programma "Mijn Mooi Brabant". Wij beantwoorden uw vragen als volgt.
Vraag 1. Is het college op de hoogte van dit provinciale initiatief en is het van zins om een aanvraag in te dienen. Zo nee, waarom niet?
Antwoord 1. Het antwoord op beide vragen luidt bevestigend.
Vraag 2. Heeft het college wellicht een locatie op het oog? Wij denken bijvoorbeeld aan de historische panden in de Pastoor Bresserstraat, Edah-lokatie Abdis van Thornstraat, garage-lokatie Keiweg of een lokatie in het buitengebied.
Antwoord 2. Bij ons college is één uitgewerkt en onderbouwd plan aangemeld. Het is afkomstig van de Stichting Heilige Driehoek en betreft het opknappen van de kloostermuur van de Onze- Lieve-Vrouwe- Abdij langs de Abdis van Thornstraat. De drie door u met name genoemde binnenstadslocaties komen niet voor de regeling in aanmerking. Voor deze regeling kunnen namelijk alleen locaties worden aangemeld waarvoor geen andere vorm van financiering beschikbaar is. Bij deze drie herontwikkelingslocaties is dat echter nadrukkelijk wél het geval.
Vraag 3. Kan het college aangeven op welke wijze eventueel een lokatie in Oosterhout geselecteerd zal worden?
Antwoord 3. In onze vergadering van 16 februari hebben wij besloten het initiatief van de Stichting Heilige Driehoek door te zenden naar de provincie.
Hoogachtend,
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN OOSTERHOUT,