Tijdens de raadsvergadering van 17 september heeft GroenLinks het woord gevoerd over het rapport Krachtig Bestuur, de Jeugdzorg, de transitie AWBZ en WMO, de verruiming kwijtschelding gemeentelijke belastingen, Slotjes-Midden, de activiteitencentra en een schaliegasvrij Oosterhout.
0130045 Eindrapportage Krachtig Bestuur (Van der Zanden)
Voorzitter, bij de behandeling van het rapport veerkrachtig bestuur in de raadsvergadering van 23 april 2013 heeft GroenLinks de volgende opmerkingen geplaatst:
• De onderbouwing van het rapport is onvoldoende;
• Er wordt een voorkeur uitgesproken voor een toekomstige herindeling met Breda;
• Er moeten volgens het rapport meer taken overgeheveld gaan worden naar de Regionale Samenwerking in West-Brabant
Het College heeft naar de mening van de GroenLinks fractie goed geluisterd naar wat de raad in april 2013 over het rapport veerkrachtig bestuur heeft gezegd. In haar reactie geeft het College terecht aan dat samenwerking een middel is, en geen doel op zich. Het is terecht zo, dat de inhoud leidend moet zijn voor de omvang en vorm van intergemeentelijke samenwerking. Per onderwerp wordt dan apart bepaald door de gemeente Oosterhout welke vorm van samenwerking en met wie hiervoor het beste is. Deze lijn vinden wij ook terug in het onderzoek dat gedaan is naar een mogelijke ambtelijke samenwerking tussen de gemeenten Oosterhout, Geertruidenberg en Drimmelen. Een praktische insteek, waarbij per keer gekeken wordt wat het beste is.
Voorzitter, als antwoord op een vraag van GroenLinks geeft het College aan dat over de reactie van de gemeente Oosterhout geen overleg heeft plaatsgevonden met de andere gemeenten in West-Brabant. Wij vinden dit een gemiste kans. Zeker bij dit soort zaken is het van belang om hierover contact te hebben met andere gemeentes in West-Brabant. Vreemd, dat dit niet gebeurd is. We hebben een dergelijke samenwerking toch niet voor niets. Op deze manier worden er naar de mening van GroenLinks kansen gemist. Wij vragen het College dan ook nadrukkelijk om de andere gemeenten in West-Brabant zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van het door Oosterhout ingenomen standpunt betreffende de eindrapportage Krachtig Bestuur.
0130048 Transitie jeugdzorg (Van der Zanden)
Voorzitter, bij de behandeling van de opiniërende versie van de startnotitie Jeugdzorg in de junivergadering heeft GroenLinks haar zorgen uitgesproken over een aantal zaken. Zorgen die nu nog steeds bestaan.
1) Er moeten besluiten genomen worden door de gemeenteraad op een moment dat nog niet duidelijk is hoe de nieuwe wet op de Jeugdzorg eruit gaat zien;
2) Er zal dadelijk een keuze gemaakt moeten worden tussen het inzetten van collectieve en individuele voorzieningen. Vanwege financiële redenen kan het niet anders dan dat de gemeente dadelijk vooral collectieve voorzieningen in gaat zetten. Het is dan maar de vraag of dit wel het beste is voor het kind;
3) De begrippen eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid worden ook bij de transitie Jeugdzorg vaak gebruikt, terwijl er bij Jeugdzorg juist sprake is van situaties waardoor ouders maar ook kinderen vanwege een bepaald ziektebeeld deze eigen verantwoordelijkheid niet kunnen nemen.
Voorzitter, het vervolg van deze startnotitie zal zijn dat de gemeenteraad een aantal verordeningen op het gebied van de jeugdzorg vast moet gaan stellen. Wij willen op dit moment al een tweetal punten aanstippen, die het College kan beschouwen als prikkelende voorzetten voor het opstellen van deze verordeningen.
1) Eigen kracht
In de startnotitie wordt regelmatig verwezen naar de eigen verantwoordelijkheid van mensen en de invloed van de opvoeding van kinderen op het ontstaan van en weer oplossen van problemen. Naar de mening van GroenLinks gaan we met het begrip eigen verantwoordelijkheid doorschieten. Zeker op het gebied van de jeugdzorg. Een schooldirecteur die zijn leerlingen te zeer op hun eigen verantwoordelijkheid en kracht aanspreekt, laat daardoor de leerlingen in de steek die het alleen nog niet kunnen redden. En vervolgens rekent de samenleving de jongeren op hun tekortkomingen af.
Op dit moment bestaan er al de zogenaamde Eigen kracht-conferenties. Hier worden gezinnen verantwoordelijk gemaakt voor problemen waaraan ze zelf voor een deel niets hebben kunnen doen. Mensen kunnen problemen nu eenmaal niet altijd zelf voorkomen. Zo geeft Evelien Tonkens, bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap aan de Universiteit van Amsterdam, hier het volgende over aan: “Het blijft een ongelooflijk vaag begrip. Bovendien is uit allerlei onderzoek bekend dat burgerparticipatie vooral is weggelegd voor hogeropgeleiden. Tegen de zwakkeren in de samenleving zegt de overheid nu veel te gemakkelijk: zoek het zelf maar uit. Hoe moet dat bij huiselijk geweld, bij probleemgezinnen die een al even problematisch netwerk hebben?” Tonkens vervolgt: “Je ziet dat de politiek in bezuinigingspaniek om zich heen kijkt: wat kunnen we nou eens verzinnen om dat verhaal in een vriendelijk vaatje te gieten? Dan is eigen kracht een perfect, ongevaarlijk begrip.” Er is niets mis mee om te kijken wat mensen zelf nog kunnen en dat is de afgelopen jaren echt te weinig gebeurd, maar laten we de eigen kracht niet zien als de methode die alle problemen in de jeugdzorg wel even op kan lossen.
2) Jeugdzorg en jeugdgezondheidszorg
Als over de transitie jeugdzorg gesproken wordt, gaat het vaak over de taken op het gebied van de jeugdzorg, die richting de gemeenten gaan. Zaken waar nu de provincie nog verantwoordelijk voor is. Daarnaast gaan er ook een aantal jeugdzorgtaken uit de AWBZ en de Zorgverzekeringswet over richting de gemeente:
• Extramurale begeleiding jeugd (Begeleiding niet in een instelling);
• Geestelijke gezondheidzorg voor jeugdigen (jeugd-GGZ);
• Zorg voor jeugd met een verstandelijke beperking.
En dit voorzitter is een opmerkelijk iets. Een deel van de gezondheidszorg voor jeugdigen gaat nu geregeld worden via de gemeenten. Noodzakelijke medische zorg en ondersteuning moet toegankelijk en beschikbaar zijn voor jeugdigen en hun ouders ongeacht de gemeente waarin ze wonen. Door de jeugd-ggz uit de Zorgverzekeringswet te halen en onder regie van gemeente te brengen is de toegang niet langer een verzekerd recht maar afhankelijk van de invulling van de gemeentelijke zorgplicht. Als je als kind een gebroken been hebt, ga je naar het ziekenhuis. Heb je als kind een psychisch probleem, dan moet je dadelijk naar het gemeentehuis. Veel psychische ziekten zijn echter neurobiologisch van aard en vinden niet hun oorzaak in de opvoeding. De manier van opvoeding maakt natuurlijk wel verschil uit, maar de psychische ziekte is er nu eenmaal. De link die in deze nota met de opvoeding en de opvoedingscapaciteiten van ouders gelegd wordt is dus simpelweg niet altijd aanwezig.
Volgens GroenLinks moet bij de verdere uitwerking van de transitie Jeugdzorg duidelijk aangegeven worden wanneer er sprake is van opvoedingsondersteuning en wanneer het gaat om de ondersteuning van kinderen met psychische problemen. Wanneer er sprake is van kinderen met psychische problemen kan dit niet zomaar gezien worden als een opvoedingsprobleem, sterker nog dat is het gewoon niet. Daarnaast moet er ook meer duidelijkheid komen over doorverwijzingen naar geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen en zorg voor jeugd met een verstandelijke beperking. Het gaat hier immers om een deel van de gezondheidszorg. Wat wordt de rol van de schoolarts? Wat wordt de rol van een tandarts, die kinderen om het half jaar ziet. Hij is de medicus die de kinderen meestal het vaakst ziet. En wat wordt de rol van de huisarts bij doorverwijzing naar de geestelijke gezondheidszorg? Volgt de gemeente de analyse van de huisarts of maakt ze toch zelf een andere keuze, welke behandeling voor een kind met psychische problemen het beste is? Allemaal vragen, waarop nog antwoorden moeten komen.
0130049 Transitie AWBZ-WMO (Van der Zanden)
Voorzitter, het vaststellen van de regionale ontwikkelrichting bij de transitie van de AWBZ en WMO is een noodzakelijke stap die door deze gemeenteraad genomen moet worden. Voor GroenLinks is dit het moment om een aantal onderdelen van deze transitie wat nader te bespreken. Uiteindelijk moet er immers een nieuwe beleidsnotitie komen met de bijbehorende verordeningen.
1. Eigen verantwoordelijkheid
Voorzitter, het centrale thema van deze raadsnota over de transitie AWBZ en WMO is dat burgers voortaan meer zelf moeten gaan doen. Iets dat in deze nota vertaald wordt in het feit, dat ze meer mogelijkheden krijgen om hun eigen leven in te richten. De nota zegt hierover het volgende: “De gemeenten moedigen hun inwoners aan om eigen (collectieve) initiatieven te nemen die onderlinge steun tot doel hebben, bijvoorbeeld op het terrein van wonen en dagbesteding. Daarbij faciliteren de gemeenten bij deze initiatieven door bijvoorbeeld alert te zijn op belemmeringen vanuit hun eigen gemeentelijke regels en procedures. Van het principe “ja-maar”, dat strijd en irritatie geeft, naar het principe “ja-en”, dat van feiten een nieuwe mogelijkheid maakt.”
In het boek “Op zoek naar brave burgers” wordt hierover het volgende gezegd: “Morele blindheid ontstaat door de verwachtingen die de overheid creëert over wie goede burgers zijn. Dat zijn onder andere burgers die meedoen in de Wmo, die actief worden in de achterstandswijk, die gaan lijnen om obesitas te bestrijden en die integreren in ‘onze’ cultuur. Zolang burgers aan deze verwachtingen voldoen, staan ze aan de kant van de goede burgers. Goede burgers zijn brave burgers die voldoen aan de door de overheid geconstrueerde ideaalbeelden van wenselijk gedrag in de publieke sfeer en van wenselijk gedrag in het privéleven met effecten voor de publieke zaak. Daartegenover staan burgers die niet aan deze ideaalbeelden voldoen, burgers die niet met de overheid meedoen maar er juist tegen ingaan of op eigen houtje actief worden voor zaken die zij belangrijk achten. Zij claimen het recht om anders te zijn door zich niet te conformeren aan het burgerschapsideaal dat de overheid als poortwachter bepaalt. Door haar morele invulling van burgerschap als wenselijk gedrag wordt de overheid blind voor alle vormen van burgerschap die zich hieraan onttrekken. De brave burger laat zich regeren, terwijl de eigenzinnige burger ruimte zoekt om zelf te regeren. Terwijl brave burgers worden omarmd, worden eigenzinnige burgers afgewezen.” Dit verschijnsel hebben we de afgelopen jaren in Oosterhout ook een aantal keer gezien. Door een dergelijke opstelling van de gemeente keren mensen zich juist van de samenleving af en worden initiatieven in de kiem gesmoord. Uiteindelijk gaat het er dus om of de gemeente in staat is om los te laten of dat ze eigenlijk toch nog alles wil regelen.
2. Bestuurlijk jargon
Voorzitter, een ander punt dat ons in deze nota opviel was de grote hoeveelheid bestuurlijk jargon. Hierdoor wordt de nota moeilijk leesbaar voor mensen buiten de politiek. Ik geef u een voorbeeld: “Het vasthouden aan het idee dat er in een rechte lijn naar een stip aan de horizon gewerkt kan worden, gaat er van uit dat de stip aan de horizon voor iedereen zichtbaar of gelijk is.”
Dit is zomaar een zin uit deze raadsnota. Wat er mee bedoeld wordt? Ik zou het niet weten. En zo zijn er meer van dit soort zinnen te vinden. Hierdoor krijg je het idee dat waar het werkelijk om gaat eigenlijk niet benoemd wordt, en dat is dat deze transities natuurlijk gewoon een bezuiniging zijn. Mensen hebben geen recht meer op ondersteuning zoals vroeger en de gemeenten hebben dadelijk geen geld meer om mensen te helpen. Benoem dit dan ook in duidelijke taal.
3. Mantelzorg en vrijwilligerswerk
GroenLinks onderschrijft volledig de opmerkingen van de WMO raad op het gebied van mantelzorg en vrijwilligerswerk. Zorgen voor elkaar is goed, maar dit is geen oplossing voor langdurige intensieve zorg aan mensen. Naar de mening van GroenLinks blijven hiervoor verzorgenden en verplegenden nodig die goed opgeleid zijn. Deze vervangen door de inzet van werklozen en vrijwilligers is te bizar voor woorden. Daarnaast kunnen gemeenten terecht mantelzorg en vrijwilligerswerk niet verbieden. Juist in de tegenwoordige tijd waarin de samenleving individueler wordt, mensen minder kinderen hebben, mensen langer doorwerken en kinderen ook vaak verder weg wonen en hun eigen drukke leven hebben, is het nog maar de vraag in hoeverre datgene wat de gemeente wil (meer mantelzorg en vrijwilligerswerk) wel mogelijk is. Daarnaast moeten we niet vergeten dat er op dit gebied al veel gebeurd en vele mantelzorgers al overbelast zijn. Hoe klem de gemeente hier gezet wordt, blijkt wel uit de bizarre oproep van de VNG uit mei 2013 dat mantelzorg verplicht gesteld moet gaan worden omdat anders de geplande bezuinigingen van de AWBZ niet gerealiseerd kunnen gaan worden.
4. Actie richting de landelijke overheid
Voorzitter, het begint steeds meer duidelijk te worden dat de gemeenten in Nederland door de landelijke overheid met een enorm probleem opgezadeld gaan worden. Tot nu toe hebben de gemeenten zich richting de landelijke overheid altijd heel netjes en meegaand gedragen. Recent is hier echter verandering in gekomen. En terecht. Zo heeft de gemeente Den Haag inmiddels laten onderzoeken of deze manier van bezuinigen op de thuiszorg door de landelijke overheid eigenlijk wel kan. Zo concludeerde de Leidse hoogleraar staats- en bestuursrecht aan de Universiteit van Leiden, Barkhuysen in een onderzoek in opdracht van de gemeente Den Haag, dat de bezuiniging van 89 miljoen euro in 2014 op thuiszorg strijdig is met de Gemeentewet. Een mogelijke rechtszaak hierover zou kansrijk zijn omdat het volgens de Gemeentewet niet zo kan zijn dat de wettelijke opdracht aan de gemeente ongewijzigd blijft en ze tegelijkertijd minder geld voor deze taken krijgt. Inmiddels zijn de bezuinigingen van 89 miljoen euro in 2014 van de baan. Maar volgens hoogleraar Barkhuijzen zijn ook de structurele bezuinigingen per 2015 op de zorg juridisch aan te vechten. Door kortingen op hulp zal het naar verwachting juist minder ouderen en gehandicapten lukken zichzelf thuis te redden. “Deze bezuinigingen staan op gespannen voet met het recht op wonen, zoals dat is vastgelegd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Ook botst dit beleid met het Europees Sociaal Handvest, dat ouderen het recht biedt op sociale bescherming.” Er zijn dus als gemeente wel degelijk mogelijkheden om wat assertiever op te treden tegen al deze bezuinigingen die vanuit het Rijk over ons heen rollen. Laten we het gebruik maken van de eigen kracht van de gemeente noemen. Iets dat dit College toch aan zou moeten spreken.
0130051 Verruiming kwijtschelding gemeentelijke belastingen (Van der Zanden)
GroenLinks zal van harte instemmen met deze raadsnota waarin onder andere voorgesteld wordt om over te gaan tot een verruiming van de kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Hiermee voert het College een motie van SP en GroenLinks uit december 2012 uit. Door deze verruiming krijgen nu ook kleine ondernemers privé vrijstelling van gemeentelijke belastingen als ze voldoen aan de regels van het kwijtscheldingsbeleid, zoals die voor personen gelden. Op deze wijze wordt tegemoet gekomen aan het fenomeen dat steeds meer mensen (denk aan sectoren als de bouw) tegenwoordig als zelfstandig ondernemer aan de slag zijn. In een aantal sectoren is daarbij vooral sprake van schijnzelfstandigheid omdat voormalige werknemers daar als ZZP’er door bedrijven worden ingehuurd om kosten te besparen. Door de verruiming van de kwijtschelding van gemeentelijke belastingen komt deze groep nu ook voor kwijtschelding in aanmerking.
0130053 Slotjes-Midden
In de raadsvergadering van 13 juli 2004 heeft de gemeenteraad een besluit genomen over de nota van uitgangspunten tussen de gemeente Oosterhout en Cires betreffende de plannen in Slotjes-Midden. GroenLinks heeft destijds als enige politieke partij in deze gemeenteraad niet met deze nota van uitgangspunten ingestemd. Een belangrijke reden hiervoor was de grote afname van het aantal betaalbare sociale huurwoningen na de herstructurering van Slotjes-Midden. Dit gekoppeld aan het feit dat er naar de mening van GroenLinks onvoldoende sociale huurwoningen gebouwd worden bij andere bouwplannen.
Inmiddels zij we zo’n 9 jaar verder en is de situatie op de huizenmarkt volledig veranderd. En dat heeft geleid tot een herbezinning. Dure woningen gaan niet meer als zoete broodjes over de toonbank en de vraag naar goedkope koop- en huurwoningen is weer toegenomen. Overigens was deze vraag er 10 jaar geleden ook al, maar was deze toen vrij makkelijk te negeren. Nu de duurdere koop- en huurmarkt is opgedroogd, komt er gelukkig weer meer aandacht voor dat deel van de woningzoekenden, dat afhankelijk is van woningen op de sociale huurmarkt. De plannen rondom Slotjes-Midden bestonden altijd al voor een flink deel uit politiek wensdenken. Toen de discussie over Slotjes-Midden begin 2006 in de gemeenteraad gevoerd werd, heeft GroenLinks een amendement ingediend om de financiële gevolgen van herstructurering versus (gedeeltelijke) renovatie tegen elkaar af te zetten. Dit omdat door de voorstanders van de plannen vooral redenen zoals “verder afnemende concurrentiepositie”, “meer allure nodig” en “meer dynamiek nodig” gebruikt werden. Dit amendement is toen enkel door het GBV mede ondersteund.
Bepaalde argumenten van de voorstanders van destijds, zijn nu achterhaald door de nieuwe economische situatie, maar dat geldt niet voor alle argumenten. Zo gaf wethouder Oolhorst in BN De Stem van 5 januari 2006 het volgende aan: “Als je de goedkope woningen gaat renoveren, stop je er miljoenen in en dan heb je nog geen woningen die aan de eisen van deze tijd voldoen.” Een uitspraak die buitengewoon duidelijk is. Renoveren had volgens wethouder Oolhorst geen enkele zin. Ter voorbereiding op de raadsvergadering van vandaag heeft het CDA de volgende schriftelijke vraag gesteld. “Worden de woningen aan de van Boischotlaan en Dr Jansenlaan zodanig opgeknapt dat zij voldoen aan de isolatie (geluid en warmte) en duurzaamheidsnormen die dan gelden?”. Het antwoord van het College is als volgt: “De woningen worden zodanig gerenoveerd dat deze voldoen aan de geldende normen voor bestaande bouw. Zowel de isolatie en het binnenklimaat worden met de ingreep gebracht naar een hedendaags kwaliteitsniveau. Concreet betekent dit dat de woningen zullen voldoen aan energielabel B en dat de bestaande ramen worden vervangen door HR ++ glas inclusief ventilatie.”
Voorzitter, woningen waarvan de wethouder in 2006 aangaf dat ze niet meer te renoveren zijn en aan de huidige tijd aan te passen, zijn na zeven jaar niet of nauwelijks onderhouden te zijn ineens wel te renoveren en aan te passen aan de huidige tijd. Het antwoord op de vragen van de CDA fractie, zet de reactie van de wethouder uit 2006 wel ineens in een heel ander licht. Sterker, een argument dat destijds gebruikt werd om de herinrichting van Slotjes-Midden door te drukken en door het overgrote deel van de raad geslikt werd, blijkt nu niet te kloppen. Of kloppen de antwoorden op de vragen van de CDA-fractie misschien niet? Voor GroenLinks zijn de uitspraken uit 2006 en 2013 onverenigbaar met elkaar. Graag een reactie van het College.
Voorzitter, GroenLinks is tevreden met de aanpassing van de plannen in de wijk Slotjes-Midden. Door deze plannen zal de voorraad goedkope sociale huurwoningen groter blijven dan in de eerdere plannen. De grootschalige sloop van sociale huurwoningen in Slotjes-Midden wordt voor een flink deel een halt toegeroepen. En dat is winst voor die inwoners van Oosterhout, die op dit soort woningen zijn aangewezen.
Schriftelijke vragen activiteitencentra (Van der Zanden)
Op 3 juli heeft GroenLinks schriftelijke vragen gesteld over de stand van zaken betreffende de activiteitencentra. De uitgebreide beantwoording van het College van deze vragen verdient naar de mening van de fractie van GroenLinks enige toelichting. Anderhalf jaar nadat de nieuwe activiteitencentra gestart zijn, zijn volgens ons de eerste conclusies te trekken:
1. In totaal worden de activiteitencentra wekelijks door 1500 bezoekers bezocht. 600 voor de Bunthoef, 600 voor de Slotjes en 300 voor Dommelbergen. Dat is veel en veel minder dan vroeger het geval was. Gezien de activiteiten is het aannemelijk dat een behoorlijk deel van deze bezoekers vroeger in de beide Accenten kwam. De bezoekers van de oude buurthuizen zijn dus voor een flink deel vertrokken.
2. Het aantal activiteiten in de centra is fors afgenomen t.o.v. de oude buurthuizen. Wanneer je kijkt naar het activiteitenoverzicht, nemen de activiteiten van de voormalige Accenten hier een grote plaats in. De conclusie is dus gerechtvaardigd dat de huidige activiteitencentra vooral op de oude Accenten lijken.
3. Het feit dat bezoekers en activiteiten voor een flink deel vertrokken zijn, is het gevolg van een bewust beleid van dit College. Wanneer je zegt dat verenigingen niet meer welkom zijn is een daling van de activiteiten en bezoekers hier een logisch gevolg van.
4. Bij het vaststellen van het nieuwe beleid rondom de activiteitencentra in 2011 is aangegeven dat verhuur van de activiteitencentra plaats vindt aan verenigingen en clubs met een sociaal-cultureel en/of maatschappelijk karakter wanneer de ruimtes in de activiteitencentra niet voor andere zaken gebruikt worden. Uit de beantwoording van de schriftelijke vragen blijkt dat de activiteitencentra ’s avonds en in het weekend maar zeer beperkt open zijn. Dit onderdeel van het beleid is dus niet uit de verf gekomen.
5. Uit de beantwoording van de schriftelijke vragen blijkt ook dat 2½ jaar nadat het besluit genomen is om de oude buurthuizen te sluiten er nog geen nieuwe gebruikersovereenkomsten zijn gesloten met de activiteitencentra en de dorpshuizen. Zeer vreemd dat dit bij het College blijkbaar geen enkele prioriteit heeft.
Voorzitter, als we kijken naar de gevolgen van het ingezette beleid is er naar de mening van GroenLinks precies het tegenovergestelde bereikt van wat dit College eigenlijk wilde bereiken. En dat is geen verrassing. Het aantal activiteiten is afgenomen, net zoals de bezoekersaantallen, de verenigingen zijn vrijwel verdwenen uit de centra en ’s avonds en in het weekend zijn de deuren vaak dicht. De les die we hier uit zouden moeten leren, is dat dit niet de manier is om als gemeente om te gaan met actieve en betrokken burgers. Op deze manier gaan mensen zich juist afkeren van de samenleving. Ik heb daar ook al naar verwezen in mijn bijdrage over de transitie AWBZ-WMO. Helaas dreigt nu bij de Pannehoef hetzelfde te gebeuren. Door het weren van verenigingen uit de Pannehoef zijn ook daar problemen ontstaan met de exploitatie en nu dreigt ook daar het bestuur bedankt te worden voor de bewezen diensten. Laten we bij de Pannehoef niet dezelfde fouten maken als bij de oude buurthuizen.
Voorzitter, als de situatie zoals deze nu geschetst wordt in de activiteitencentra voort blijft duren, zullen wat GroenLinks betreft een aantal zaken echt anders moeten gaan. Overdag is er sprake van allerlei activiteiten die door vrijwilligers samen met Surplus Welzijn opgezet worden. Om misverstanden te voorkomen, dat zijn goede activiteiten die vooral moeten blijven. De huidige vrijwilligers van de activiteitencentra doen goed werk dus daar zult u van GroenLinks alleen maar positieve woorden over horen. Er zal wel een oplossing gevonden moeten gaan worden voor de leegstand in de avonden en weekenden. Overigens zal op zaterdagochtend 28 september activiteitencentra Dommelbergen wel open zijn omdat hier dan het eerste Repair Cafe van Oosterhout gehouden wordt. Een activiteit die mede ontstaan is door een initiatief van GroenLinks Oosterhout. De structurele oplossing voor het leegstandsprobleem is naar de mening van GroenLinks buitengewoon simpel. We moeten af van de krampachtigheid om verenigingen gebruik te laten maken van de activiteitencentra. Als we de keuze hebben tussen een activiteitencentrum waar ’s avonds de deur dicht is, of een activiteitencentrum waar ’s avonds verenigingen zitten, is voor GroenLinks de keuze duidelijk. De verenigingen weer erin.
Motie Schaliegas (Van Bruchem)
Mijn dochter vroeg van het weekend aan mij wat ik aan het doen was. Ik vertelde dat ik mijn bijdrage voor de gemeenteraad aan het voorbereiden was. Dat ik de andere raadsleden er van wil overtuigen om tegen de winning van schaliegas te stemmen. Zij weet ook al hoe ze een betoog op moet zetten, dus zij adviseerde mij eerst de argumenten voor schaliegaswinning te noemen en daarna de tegenargumenten. Wat is het argument voor schaliegaswinning vroeg ze? Ik antwoordde “geld verdienen”, al is dat wel nog heel onzeker. Mijn dochter zei: is dat alles? Ja, zei ik, verder zijn er eigenlijk alleen maar nadelen, schaliegas is een fossiele brandstof dus eindig. Het is slecht voor het klimaat, erger nog dan steenkool. De winning geeft een groot risico voor vergiftiging van de bodem, grondwater, akkers en natuur. Daarmee is er gevaar voor ons drinkwater en andere producten waarvoor we grondwater gebruiken, zoals niet onbelangrijk ons bier. Bij de winning van schaliegas kunnen zware metalen en radioactieve elementen vrijkomen, er zijn veel boortorens en pijpleidingen voor nodig die niet passen in het landschap en tenslotte er zijn grote kansen op aardbevingen.
Nou dat wordt dan heel makkelijk voor je in de raad zei mijn dochter. En dat denk ik ook.
Er is voor schaliegas geen draagvlak, geen noodzaak, maar wel risico voor mens en milieu. Waarom zouden we zulke risico’s nemen als we ook kunnen kiezen voor de echte oplossing van schone en veilige energie, zoals zonne-energie.
De standpunten en meningen in Den Haag worden nu gevormd. Het is daarom belangrijk dat de gemeente Oosterhout zich, net als meer dan 60 andere gemeenten in Nederland, zich ook uitspreekt tegen de winning van schaliegas.
SP. D66, OF, Gemeente Belangen, CDA en GroenLinks dienen vanavond de motie Oosterhout Schaliegasvrij in.