Het zal het college ongetwijfeld bekend zijn dat de laatste tijd in het winkelcentrum Arkendonk veel overlast wordt veroorzaakt door jongeren. Op 12 mei 2007 besteedt dagblad BN/Destem daar in twee artikelen aandacht aan. Daarin wordt vermeld dat een woordvoerder van de protestantse kerk De Ark, winkeliers en andere ondernemers al maanden klagen over overlast van met name hangjeugd en vandalen.

Het gevolg daarvan is volgens een enquête (alle gegevens onderaan de brief toegevoegd)  liefst 60% van de ondervraagden zich wel eens onveilig voelt in Arkendonk. Overigens wordt er wel op gewezen dat het niet allemaal kommer en kwel is met Arkendonk. Overdag is het gezellig. En de winkelcentra in de buitenwijken worden steeds populairder. Dat zou ook gelden voor Arkendonk.

In het andere artikel wordt echter vermeld dat de politie niet alert genoeg zou reageren. De politiewoordvoerster bestrijdt dat vervolgens. Zij zegt dat de wijkagent “gewoon” op vakantie was en het geen zin heeft om een vervanger te sturen, omdat die onvoldoende ingevoerd is. Daarnaast meldt zij dat de politie de overlast zeer serieus neemt. Dat blijkt misschien ook wel uit het artikel in BN/DeStem d.d. 30-05-2007, waarin wordt gemeld dat de politie een aantal jongeren heeft opgepakt in Zuiderhout na overlast met zelfs verzet tegen de politie.

Wel is ons ter ore gekomen dat betroffen wijkagent in Arkendonk inmiddels is overgeplaatst naar Dongen, wat de opmerking, dat een vervanger sturen geen zin had, in een vreemd daglicht plaatst.

Naar aanleiding van bovenstaande hebben wij de volgende vragen:

• Is het gebruikelijk dat als een wijkagent met vakantie is kennelijk geen adequate vervanging beschikbaar is?

• Klopt dat betroffen wijkagent inmiddels is overgeplaatst naar Dongen en is er reeds een vervanger aangesteld?

• Zou het niet zo moeten zijn dat er altijd sprake zou moeten zijn van adequate vervanging?

• Is het door de focus op het centrum via het Centrum+plan wellicht zo dat de aandacht voor de buurtcentra enigszins verslapt was?

• Welke stappen wil het college ondernemen c.q. heeft het college ondernomen, rekening houdend met de hieronder vermeldde resultaten van de enquete, om in samenwerking met politie en ondernemers structurele oplossingen voor de bestaande problemen te vinden?

Toevoeging: de gegevens uit de zogenaamde nulmeting van de veiligheid in de Arkendonk, met behulp van een voor het Keurmerk Veilig Ondernemen door het hoofdbedrijfschap detailhandel opgestelde vragenlijst.

Alle ondernemers aan de Arkendonk hebben deelgenomen, inclusief apotheek en artsen, 100 % dekking dus. 60 % heeft zich vorig jaar regelmatig of soms onveilig gevoeld; landelijk is dat 35 %. 53,6 % van de ondernemers of hun personeel voelde zich wel eens onveilig in de directe omgeving van het bedrijf, landelijk 30 %. Het deed zich vooral (40,9 %) voor op slecht verlichte plekken. Nog geen 40 % vindt dat er voldoende verlichting rondom het bedrijf is, landelijk is 70 % tevreden. Personeel of ondernemer voelde in 14,8 % angstgevoelens door bedreigingen, landelijk 10 %. De helft (precies 50%) antwoordt dat ze wel eens daadwerkelijk zijn bedreigd (14,3 % met lichamelijk geweld, 35,7 % met geestelijk geweld); landelijk ligt dat getal op 31 %. Van de ondernemers ervaart 57 % het huidige toezicht als onvoldoende, landelijk is dat 42 %.