Tijdens de raadsvergadering van 14 oktober heeft GroenLinks het woord gevoerd over de Hulp bij het Huishouden, de regionale samenwerking in West-Brabant en de verzelfstandiging van Theater de Bussel.

0140458 Addendum WMO 2015 (Van der Zanden)

Voorzitter, Op de website van het Transitiebureau WMO staat aangegeven dat het maatschappelijk doel van de WMO meedoen is. De WMO moet ervoor zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en kunnen meedoen in de samenleving, al of niet geholpen door vrienden, familie of bekenden. Wanneer dit niet lukt, biedt de gemeente ondersteuning. Met de uitgangspunten van de WMO is dus niets mis. In de praktijk is de invoering van de WMO steeds meer uitgedraaid op een bezuinigingsmaatregel vanuit de landelijke overheid. Het gevolg hiervan is, dat de goede bedoelingen van de WMO hierdoor volledig ondergesneeuwd worden. De landelijke overheid legt een flink aantal taken voortaan bij de gemeenten neer, denk aan de Hulp bij het Huishouden. Vervolgens krijgen de gemeenten flink minder geld om deze taken uit te voeren. Bij de Hulp bij het Huishouden is er sprake van een korting van 40%. Financiële ruimte om andere keuzes te maken, wordt nauwelijks gegeven.  Hierdoor wordt de gemeente steeds meer een uitvoerder van beleid van deze landelijke overheid. De burger die in 2015 weer minder ondersteuning krijgt, gaat de WMO niet meer zien als de “Wet Maatschappelijke Ondersteuning” maar als “Weer Minder Ondersteuning”. Of zoals SP fractievoorzitter Mark Vissers in september 2013 aangaf bij de behandeling van de Ontwikkelrichting AWBZ/WMO: “Onder invloed van allerlei onjuiste ideeën over de rol van de overheid wordt hier weer eens gekozen om verantwoordelijkheid af te schuiven op de burger. En het enige doel lijkt te zijn dat het daar goedkoper van wordt. De SP doet niet mee aan deze afbraak van de verzorgingsstaat.”

De WMO nota van vandaag is een exacte doorvertaling van de in september 2013 vastgestelde Ontwikkelrichting AWBZ/WMO zoals in de schriftelijke vragen door het College wordt aangegeven. Het vervangen van de PvdA door de SP in het College heeft niet gezorgd voor een andere politieke koers bij de WMO. Dit blijkt vooral uit het feit dat net als in september 2013 wordt aangegeven dat het budget van de gemeente voor de transitie leidend is. Dit is in tegenspraak met het coalitieakkoord uit mei 2014 waarin staat dat inwoners van onze gemeente die zorg en ondersteuning nodig hebben, deze ook zullen krijgen. GroenLinks zal hierover een amendement indienen.

Voorzitter, GroenLinks stelt zich op het standpunt dat gelden voor de WMO minimaal aan de WMO moeten worden uitgegeven. In Oosterhout is dit geen vanzelfsprekendheid. In 2013 was er een bedrag van € 803.000 over en in 2014 zal er naar alle waarschijnlijkheid sprake zijn van een overschot van € 500.000. In totaal een bedrag van € 1,3 miljoen. Dit zal betekenen dat GroenLinks vanavond een amendement in zal dienen om het bedrag van € 803.000 in een Bestemmingsreserve Transities te storten. Ook het Actiecomité Oosterhout, waar de SP Oosterhout onderdeel van uitmaakt, heeft tijdens de inspraakavond van 7 oktober aangegeven, dat dit geld terug moet naar de zorg. GroenLinks vindt  dat dit bedrag in eerste instantie gebruikt moet worden om tegenvallers binnen de WMO op te vangen. Hierbij denken wij dan vooral aan de kaalslag, die er vanwege de teruglopende gelden van het Rijk, plaats zal gaan vinden bij de Hulp bij het Huishouden.

Voorzitter, het WMO platform heeft een uiterst kritische brief geschreven over de nieuwe WMO verordening. De kern van deze kritiek is dat veel zaken nog uitgewerkt moeten worden in een uitvoeringsbesluit en nu nog niet duidelijk zijn. GroenLinks onderschrijft deze kritiek van het WMO platform volledig. In de nu voorliggende verordening staan allerlei zaken, zoals bijvoorbeeld het mantelzorgcompliment wel beschreven, maar hoe dit er concreet uit gaat zien, is niet duidelijk. GroenLinks is dan ook van mening dat het uitvoeringsbesluit voordat het door het College vastgesteld gaat worden in opiniërende zin door de raad besproken dient te worden. Net zoals dit met het eerste WMO uitvoeringsbesluit gebeurd is. Wij dienen hierover een amendement in.

Voorzitter, de meeste aandacht is tot nu toe uitgegaan naar het volledig stop zetten van Hulp bij het Huishouden in Oosterhout. Er is terecht gedemonstreerd door het Actiecomite Oosterhout, die de gemeenteraad van Oosterhout heeft opgeroepen om haar sociale gezicht te laten zien. De gevolgen zullen voor veel mensen ingrijpend zijn. Oude zekerheden vallen weg en mensen zullen het financieel in de portemonnee gaan voelen als het nieuwe beleid in 2015 in gaat. Het is daarom belangrijk dat er in elk geval zo snel mogelijk duidelijkheid gaat komen voor iedereen die hier mee te maken heeft. Pas op de informatieavond van 7 oktober werd voor GroenLinks na een aantal keer doorvragen pas echt duidelijk wat er nu precies gaat gebeuren. Dat Hulp bij het Huishouden 1 stopt was duidelijk. Maar Hulp bij het Huishouden 2 blijft absoluut niet zoals het is. Het schoonmaakdeel zal ook hier weg gaan vallen. Iets wat tot nu toe nog niet echt duidelijk was. Dit betekent dus ook hier het wegvallen van oude zekerheden en meer gaan betalen.

Voorzitter, Oosterhout kiest er voor om de Hulp bij het Huishouden volledig af te schaffen. Er zijn echter ook andere mogelijkheden. Een aantal gemeenten in Nederland kiest voor de optie van resultaatfinanciering. In dit geval wordt er niet meer geïndiceerd op een bepaald aantal uren maar op een doel zoals “een schoon huis”. Op deze manier kan Hulp bij het Huishouden in een bepaalde vorm toch nog blijven bestaan. In Oosterhout heeft er enkel een globaal onderzoek plaatsgevonden naar deze mogelijkheid. Doordat het College deze nota pas zo laat aan de raad aanbiedt, dreigt er nu een situatie te ontstaan van slikken of stikken. GroenLinks vindt dat de mogelijkheid van resultaatfinanciering nader onderzocht moet worden. Wij zullen hierover een motie indienen.

De sociale wijkteams gaan vanaf 2015 een belangrijke rol spelen bij de uitvoering van de nieuwe WMO. Het College geeft aan dat deze gemiddeld 80% van de hulpvraag moeten gaan afvangen. Waar dit percentage op gebaseerd is, is GroenLinks niet duidelijk. Voor deze sociale wijkteams is volgens een brief van het College uit juli 2014 een bedrag van €1,12 miljoen begroot. GroenLinks vindt dat de gemeenteraad jaarlijks geïnformeerd moet worden over de door de Sociale Wijkteams behaalde resultaten. Het beperkte geld dat voor de WMO beschikbaar is, moet zoveel mogelijk gebruikt worden voor het rechtstreeks helpen van mensen en niet besteed worden aan het in stand houden van allerlei structuren.

GroenLinks is van mening dat door de bezuinigingen op de WMO er in elk geval sprake moet zijn van goede algemene voorzieningen, die laagdrempelig beschikbaar zijn. Gezien de grote gevolgen door het bezuinigingen op o.a. Hulp bij het Huishouden heeft de gemeente naar de mening van GroenLinks een rol bij het ontwikkelen van dit soort algemene voorzieningen. Daarnaast moet er ook gezorgd worden voor een goede informatievoorziening over deze voorzieningen. Ook hier moet de gemeente heel nadrukkelijk haar rol pakken. GroenLinks zal hierover twee moties indienen.

0140468 Ontwikkel- en onderzoeksfonds (Van der Zanden)

Voorzitter, in de raadsvergadering van 23 januari 2007 is de gemeenteraad van Oosterhout in grote meerderheid akkoord gegaan met het aangaan van de Regionale Samenwerking in West-Brabant en het instellen van een regiofonds. In deze raadsnota wordt over dit regiofonds het volgende gezegd:

“De middelen uit het fonds zullen worden aangewend voor gerichte investeringen. Gemeenten onderling zijn de initiatiefnemers van deze plannen. Door het toepassen van het principe van revolving fund kunnen op projecten te behalen winsten terug in het fonds worden gebracht en opnieuw worden ingezet in andere projecten.”

“De basis van de samenwerking bij het fonds is gelijkheid tussen de gemeenten. Uitgangspunt voor het ontwikkelingsfonds is dat er in de loop van de tijd absoluut een evenwicht ontstaat tussen wat afzonderlijke gemeenten betalen en wat de gemeenten aan bijdragen ontvangen. Voor alle gemeenten zal het fonds dan ook een return of investment moeten opleveren.”

Hieruit valt tevens op te maken dat er in 2007 aangegeven is, dat er sprake zou zijn van een eenmalige financiële bijdrage van de gemeenten. Bij de beantwoording van de schriftelijke vragen geeft het College nu aan dat ook het opstellen van visiestukken te zien is als een gerichte investering. Tevens antwoordt het College dat het regiofonds geen revolverend fonds is en dat de inzet van de financiële middelen niet leidt tot winst voor de Regio West-Brabant.

Voorzitter, de conclusie van GroenLinks kan dan ook niets anders zijn, dan dat het Regiofonds in de praktijk een hele andere invulling heeft gekregen dan in 2007 bedoeld was. In de raadsnota van vandaag staat dat het doel van het Onderzoek- en Ontwikkelfonds West-Brabant is om de strategische ambities, verwoord in de Strategische Agenda West-Brabant tot uitvoer te brengen. Deze doelstelling is GroenLinks veel te ruim geformuleerd.

Naar de mening van GroenLinks moet er sprake zijn van een Ontwikkel- en onderzoeksfonds dat zich concreet bezighoudt met het binnenhalen van gelden voor de Regio West-Brabant. Hierbij moet dan in eerste instantie gedacht worden aan het verwerven van fondsen vanuit de Europese Unie of andere overheden. Op deze manier kan cofinanciering plaatsvinden op de gebieden innovatie/duurzaamheid en werkgelegenheid. GroenLinks zal hierover een amendement indienen.

0140474 Verzelfstandiging de Bussel (Louwerens)

Voorzitter, bedankt. Verzelfstandiging. Ik heb het nog eens opgezocht, en dit betekent: het onafhankelijk worden. En daar is bij de verzelfstandiging van De Bussel weinig sprake van. Bij deze verzelfstandiging worden allerlei mitsen en maren opgeworpen. Zo zullen er overeenkomsten gaan komen met betrekking tot de culturele prestaties en de exploitatie. Er komt voldoende beleidsvrijheid voor De Bussel, maar tegelijkertijd wordt de ondernemingsruimte bepaald door de gemeente. Voorzitter, GroenLinks lijkt het lastig om op deze manier in te spelen op de veranderende samenleving. De Bussel moet immers voldoen aan allerlei door de gemeente gestelde eisen. De slagkracht van De Bussel als zelfstandige onderneming wordt in onze ogen beperkt als bij de uitvoering van het cultuurbeleid voldaan moet worden aan contractueel vastgelegde eisen. Er lijkt zo weinig ruimte voor nieuwe ideeën die passen bij een veranderende samenleving. Voorzitter, er is immers geen sprake van een zelfstandig theater als de gemeente in hoge mate bepaalt wat er moet gebeuren.

Voorzitter, verder leest GroenLinks dat er circa 20 filmvoorstellingen per jaar vertoond gaan worden in De Bussel. Dit in nauwe samenwerking met het Filmhuis. Wij vinden het onbegrijpelijk dat de kosten voor filmapparatuur niet zijn meegenomen in de kosten van de verbouwing. Nu levert dit een extra kostenpost op van 190.500 euro. Voor zo’n 20 filmvertoningen op jaarbasis lijkt GroenLinks dat deze uitgave een onverantwoorde is.

Voorzitter, dan tot besluit nog een opmerking over de financiële afwikkeling. Naast 150.000 euro voor het weerstandsvermogen wordt er gesproken over eenmalige frictiekosten van 250.000 euro. In totaal hebben we het hier dus over 4 ton. Het financieel voordeel voor de gemeente Oosterhout kan oplopen tot minimaal 100.000 euro, maar dit gaat geleidelijk en bedraagt in het eerste jaar slechts 7000 euro, oplopend tot ruim 70.000 euro in het vierde jaar.  Voorzitter, als we uitgaan van een voordeel van 150.000 euro, komt GroenLinks niet op een voordeel uit, maar op een kostenpost van tenminste een kwart miljoen euro. Dit kan toch niet de bedoeling zijn van het onafhankelijk maken van De Bussel. Voorzitter, tot zover de bijdrage van GroenLinks.